Wat heb je nodig? Een kamer of andere ruimte.
Hoe werkt het? Bij dit spel geef je aan dat je iets ziet in de ruimte waar je bent. Je benoemt als eerst de kleur van het voorwerp dat je ziet. Op deze manier oefen je met je peuter de kleuren.
Dit kun je ook met meerdere kinderen doen. Ga bij elkaar zitten en één iemand mag een voorwerp in zijn hoofd nemen wat te zien is in de ruimte waar jullie zijn. Het is de bedoeling dat de andere kinderen gaan raden wat diegene ziet. Het kind zegt: ‘Ik zie, ik zie wat jij niet ziet en het is rood.’ Vanaf dat moment kijken de andere kinderen om zich heen en gaan ze voorwerpen zoeken die rood zijn. Ze noemen ze op en diegene die het goed heeft geraden mag nu een voorwerp in zijn of haar
hoofd nemen en zeggen: ‘Ik zie, ik zie wat jij niet ziet en het is....’
Wat is het doel? Het leren van kleuren en het benoemen van voorwerpen.
Stapje moeilijker Benoemen van vormen in plaats van kleuren. Dus je zegt dan: ‘Ik zie, ik zie wat jij niet ziet en
de vorm is rond.’
Stapje makkelijker Je kunt de vraag anders stellen. Waar zie jij ……….? De peuter mag het gaan aanwijzen.
|